Zakelijke teksten, groep 1-3
Kinderen die starten op de basisschool, hebben meestal al enige kennis van geschreven taal. Door het voorlezen en zelf bekijken van prentenboeken, leren ze in de onderbouw boeken hanteren en de taal in boeken begrijpen. Ze ontdekken dat een boodschap overbrengen de functie is van geschreven taal. En dat woorden uit klanken bestaan en letters deze klanken weergeven. Een belangrijke stap is de overeenkomst zien tussen klanken en letters, de basis voor lezen. Door hen op allerlei manieren in aanraking te brengen met geschreven taal, leren ze dat teksten handig, leerzaam en leuk kunnen zijn. Dit inzicht hebben ze nodig om uit te groeien tot gemotiveerde lezers.
Referentieniveau Lezen: Zakelijke teksten - Algemene beschrijving en tekstkenmerken
1F (minimumniveau eind groep 8)
Kan eenvoudige teksten (informatief, betogend, reclame, verhalend) lezen over alledaagse onderwerpen en over onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld.
Kan eenvoudige teksten (informatief, betogend, reclame, verhalend) lezen over alledaagse onderwerpen en over onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld.
1S/2F (streefniveau eind groep 8)
+ minder eenvoudige teksten, ook onderwerpen die verder van de leerling afstaan.
+ minder eenvoudige teksten, ook onderwerpen die verder van de leerling afstaan.