Taalbewustzijn
Referentieniveau Lezen: Zakelijke teksten - Algemene beschrijving en tekstkenmerken
Kan eenvoudige teksten (informatief, betogend, reclame, verhalend) lezen over alledaagse onderwerpen en over onderwerpen die aansluiten bij de leefwereld.
+ minder eenvoudige teksten, ook onderwerpen die verder van de leerling afstaan.
Leerlijn Taalbewustzijn
Taalbewustzijn wil zeggen dat kleuters leren nadenken over vormaspecten van taal. Stap voor stap leren ze de begrippen ‘verhaal’, ‘zin’, ‘woord’ en ‘klank’ van elkaar onderscheiden. Jonge kinderen richten zich vooral op de betekenis van woorden. Door de ervaring met geschreven taal, leren ze de vorm en betekenis van woorden los van elkaar te zien. Kleuters worden zich ook bewust van klanken, bijvoorbeeld bij rijmen. Ook leren ze inzien dat je een lang woord kunt opdelen in korte stukjes (lettergrepen). Dit taalbewustzijn is een belangrijke basis voor technisch lezen in groep 3. Door de leesinstructie in groep 3 ontwikkelt het taalbewustzijn zich steeds verder.
Tussendoelen Taalbewustzijn
De leerlingen kunnen:
- woorden in zinnen onderscheiden
- onderscheid maken tussen de vorm en de betekenis van woorden
- woorden in klankgroepen verdelen zoals bij kin-der-wagen
- reageren op en spelen met bepaalde klankpatronen in woorden; eerst door eindrijm (laars-paars), later met beginrijm (kees en kim)
- fonemen als de kleinste klankeenheden in woorden onderscheiden, zoals bij p-e-n.
- Volledige tekst Leerlijn en tussendoelen (pdf, 230 Kb)
Taalbewustzijn stimuleren in de praktijk
Tekst visualiseren
Door een tekst niet alleen te horen, maar ook te zien, worden kinderen zich bewust van bepaalde tekstkenmerken. Schrijf de tekst groot uit op een flap of het digitale schoolbord. Door het samen bekijken van de tekst ontdekken kinderen bijvoorbeeld dat een bepaalde letter of een bepaald woord veel voorkomt in de tekst. Of dat rijmwoorden dezelfde letters achteraan hebben, dat sommige woorden kort zijn en andere juist lang en dat er kleine letters en hoofdletters zijn.
Rijmhoek
Richt in de klas een rijmhoek in met allerlei soorten boeken, woordkaartjes, teken- en schrijfmateriaal. Kinderen kunnen experimenteren met begin- en eindrijm en ontdekken dat klank en melodie een belangrijke rol spelen bij het rijmen. Ze kunnen bijvoorbeeld zelf rijmen met woorden uit boeken, rijmwoorden bij elkaar zoeken en opschrijven in dezelfde kleur of samen een versje lezen of maken.