Gesprekken, groep 4-5
In de middenbouw houdt de leerkracht met regelmaat gesprekken met kinderen in een grote of kleine kring of een groepje. Kinderen krijgen de ‘regels’ die bij deelname aan een gesprek horen steeds beter onder de knie.
Het lukt hen beter een gesprekslijn vast te houden en ook nemen ze vaker zelf het initiatief tot een gesprek. Ze leren inzien dat ze zichzelf beter mondeling kunnen uitdrukken in een gesprek door de betekenis van hun uiting te verduidelijken (Niet dit boek, maar dat boek). Wat luisteren betreft kunnen ze hun aandacht langer vasthouden en beter op hun beurt wachten. De leerkracht vervult een stimulerende en ondersteunende rol.
Referentieniveau Mondelinge taalvaardigheid: Gesprekken - Algemene beschrijving
1F (minimumniveau eind groep 8)
Kan eenvoudige gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen in het dagelijks leven en buiten school.
Kan eenvoudige gesprekken voeren over vertrouwde onderwerpen in het dagelijks leven en buiten school.
1S/2F (streefniveau eind groep 8)
Kan in gesprekken over alledaagse en niet alledaagse onderwerpen uit leefwereld en (beroeps)opleiding uiting geven aan persoonlijke meningen, kan informatie uitwisselen en gevoelens onder woorden brengen.
Kan in gesprekken over alledaagse en niet alledaagse onderwerpen uit leefwereld en (beroeps)opleiding uiting geven aan persoonlijke meningen, kan informatie uitwisselen en gevoelens onder woorden brengen.
Leerlijnen taal basisonderwijs: Mondelinge communicatie
Groep 4-5 |
Deelnemen aan gesprekken |
Interactief leren |
Taalgebruik |
Woordenschat |
Begrijpend luisteren |
Vertellen en presenteren |
Reflectie op communicatie |
Reflectie op taal |